Robert Peereboom over Klein Europa

Haarlem's Dagblad, 5 oktober 1937

'De Franse oud-minister Pierre Flandin bepleitte toenadering van de democratische landen tot de dictatoriaal geregeerde landen om Europa’s ondergang te voorkomen. Feitelijk is dat een terugkeer tot de politiek van Briand, die zijn tijd vooruit was met zijn streven naar een toenadering tot Duitsland in rechte tegenstelling tot de werkwijzen van de oude diplomatie, die a priori aannam dat men met zijn buren toch geen samenwerking kon bereiken en daarom bondgenootschappen met anderen moest sluiten. Briand ging nog verder. Hij stelde een ‘Europese Federatie’ voor. Het was de stoutmoedige gedachte van een man die zo breed en ver vooruit zag dat hij de voortdurende verzwakking van Europa’s wereldinvloed ten gevolge van zijn verdeeldheid in ruziënde staatjes door een gedurfde nieuwe conceptie van de Europese belangen in een nieuwe synthese, wilde remmen.

Sommigen gaven hem gelijk, maar tot de menigte drong zijn inzicht nog lang niet door.

En nu zijn de tegenstellingen in Europa scherper dan ooit. Van de voorstanders van Pan-Europa en de VSvS hoort men nauwelijks meer. Europa is Klein-Europa. De verscherping der tegenstellingen en het opvallend ontbreken van een Europese politiek die op de toekomst gericht is hebben velen tot nadenken gestemd.

De toekomst van Europa schijnt op dit ogenblik geen andere dan die van een voortdurende versnippering van krachten met een eindeloos gekrakeel en de vage hoop, dat met voortgezet kunst- en vliegwerk een nieuwe oorlog vermeden zal worden. Zonder dat men acht slaat op de rest van de wereld, die bezig is ten koste van Europa aan macht te winnen en zich steeds minder van dat ruziemakende stel staatjes in het kleine oude Avondland aantrekt.'